woensdag 25 april 2012

Laatbloeier of gemakkelijk gedrag


Max loopt wat ontwikkeling betreft iets achter op de regels volgens “Het Boekje”. Hij is een zogenaamde laatbloeier. Qua lengte en gewicht ligt hij ruim voor op schema, maar de ontwikkeling op het motorische vlak laat hier en daar nog wat te wensen over. Althans: volgens de algemene richtlijnen. Maar in hoeverre moet je die richtlijnen volgen? En wanneer spreek je bijvoorbeeld van zorgeloos, gemakkelijk gedrag en wanneer van een laatbloeier?

Werd ik voorheen door het consultatiebureau op de vingers getikt wanneer de weegstoel een gewicht aangaf dat boven de gewenste curve uitkwam, nu krijg ik een waarschuwend wijsvingertje wanneer Max niet zo hoog springt als de gemiddelde atleet op deze leeftijd of niet zo soepel beweegt als hij “behoort” te doen. Kleuren moet binnen de lijntjes, met hier en daar een oogluikend toegestane afwijking, maar daar moet het dan bij blijven. Ook wat spraakontwikkeling betreft wordt hij geacht te voldoen aan bepaalde maatstaven. En zodoende kwamen wij terecht bij zowel logopedie, fysiotherapie als ergotherapie.

Op zich geen probleem, want deze vormen van extra zorg kunnen nooit geen kwaad naar mijn mening. Prettige bijkomstigheid is dat Max fluitend naar al deze afspraken toe gaat. Met elke juf klikt het goed en hij laat zich telkens van zijn beste kant zien. Zijn inspanning en enthousiasme krijgen in dit geval een dikke tien, ruim boven de gemiddelde normstelling.

De week is hierdoor bij ons drukbezet. Alle afspraken beslaan in de regel een half uur, fysiotherapie en ergotherapie soms wel drie kwartier. Gelukkig zijn deze laatste twee na elkaar te plannen, zodat slechts één middag gebroken is. Daarnaast gaat Max naar zwemles en wil hij ook af en toe met een vriendje spelen. Kortom: een druk baasje, onze Max. Ik denk zelfs dat dit alles boven de doorsnee curve valt wat betreft tijdsbesteding, maar dit terzijde.

Vandaag was het weer tijd voor ergo- en fysiotherapie. Vanwege een opmerkelijke vooruitgang in Max zijn fijne motoriek, hebben wij besloten voorlopig met ergotherapie te stoppen. In elk geval tot na de grote vakantie. Daarna hadden we drie kwartier fysiotherapie. De therapeute had een leuk en speels parcours uitgezet, Max had het helemaal naar zijn zin. Toen hij het erg warm kreeg, geheel conform de geldende graadmeter, besloot hij zijn trui uit te trekken. “Mama, wil je mij even helpen?” Ik had deze vraag al verwacht, want met aan- en uitkleden heeft hij moeite. Maar zo is het natuurlijk ook wel erg gemakkelijk: mama helpt uiteindelijk toch altijd wel!

Toen hij daarna moest schommelen, vroeg Max gelijk of hij niet geduwd kon worden. Nou ja! Meneer wil dus geduwd worden. Er werd een paar keer voorgedaan hoe hij moet schommelen - benen naar voren, benen naar achteren - en na flink oefenen had hij het uiteindelijk onder de knie en schommelde hij, helemaal naar behoren.

En daarom vraag ik mij dus af: in hoeverre kunnen we het in deze hebben over een laatbloeier en wanneer vertoont Max, volgens de richtlijnen, vrij zorgeloos of gemakkelijk gedrag?


Deze column was op 19 april 2012  -  'Blog van de Dag' -  op de site www.hippemamaclub.nl

dinsdag 17 april 2012

Bij gebrek aan een geldboom

Ik weet niet hoe het bij de meesten van jullie is gesteld, maar bij mij groeien de bankbiljetten niet op mijn rug en ik heb bovendien geen geldboom in mijn tuin. Soms hoop ik stiekem om ’s ochtends wakker te worden en buiten een dergelijk exemplaar aan te treffen, maar helaas. Alles is zó duur (geworden) en de maand is keer op keer net te lang voor het beschikbare inkomen waardoor je op zoek moet naar creatieve oplossingen.

Dus toen Max onlangs zijn recentelijk aangeschafte spijkerbroek aan mij toonde vol gaten en met  slijtplekken op de knieën, ben ik even naar buiten gegaan voor een goed gesprek met een van de bomen. Ik heb deze eerst flink geknuffeld en toen vriendelijk verzocht: “oh boom, geef mij dan in elk geval een suikeroom”. Maar wederom helaas, ook deze poging heeft geen enkele uitwerking gehad.
Zodoende heb ik uiteindelijk maar de stoute schoenen aangetrokken, en ben op zoek gegaan naar een tweedehands kledingwinkel hier in de buurt. Ik was er al wel eens langsgelopen, maar op de een of andere manier durfde ik de stap naar binnen niet te wagen. Toen de bewuste broek van Max - à € 29,95 - binnen twee weken al weer rijp was voor de vuilnisbak, heb ik die stap wel gezet. En sindsdien is het hek van de dam. Gewéldig, wat een uitkomst. Het betreffende winkeltje verkoopt alleen actuele mode, onbeschadigd en dan ook nog eens seizoensgebonden. Je komt daardoor als bij een “normale” kledingwinkel binnen, maar dan met het cruciale verschil dat op de prijskaartjes de komma in het bedrag een plekje naar links is verschoven!
Naast kinderkleding verkopen ze er ook dameskleding. Ik heb er even flink tussen gescharreld en ging een klein uurtje later met een vracht kleding voor zowel Max als mijzelf naar buiten. Ik had voor Max diverse setjes, een jas en een zwembroek uitgezocht, en voor mijzelf een paar jurkjes en truitjes. Ik moest het ongelofelijke - bijna middeleeuwse - bedrag van € 30,- betalen, alles met elkaar.
Regelmatig neem ik daar nu een kijkje. Want dat is de truc. Je moet er gewoon vaak gaan kijken. De ene keer hebben ze niets, de andere keer weet je niet wat je moet kiezen. En daarnaast rouleert er dikwijls een tas vol kleding van een vriendin naar mij, en van mij weer naar een ander. Zo krijgt kleding een tweede en soms wel een derde ronde. En waarom niet?
Laatst kreeg ik op het schoolplein een compliment over de leuke trui die Max droeg. Ik kon triomfantelijk zeggen: “Die heeft hij nieuw!” Ik moest er inwendig wel om lachen, maar het deed me toch goed en bevestigde mijn gevoel dat ik zo best goed bezig ben. Het leven is al duur genoeg.

- Deze blog was op 12 april 2012 "Blog van de dag" op de site www.hippemamaclub.nl -


dinsdag 10 april 2012

Er komt een vriendje spelen


- Deze blog was op 5 april 2012
"Blog van de dag"

Van de week had Max een speelafspraak met een vriendje. Z’n béste vriend, in Max zijn eigen bewoording. De afspraak stond voor twee weken geleden al gepland maar door allerlei ongeplande en te drukke bezigheden van beide moeders hebben we het even uit moeten stellen.

Als het vriendje er uiteindelijk is, en nadat zijn moeder vriendelijk doch dringend werd verzocht te vertrekken, wil het vriendje met Max zijn piratenschip spelen. Max wil plots zijn astronautenpak aan, die van carnaval.
Als het ingewikkelde pak eindelijk aan is, wil het vriendje buiten basketballen. Max wil liever in de zandbak spelen. Het pak gaat weer uit en het vriendje legt zich bij de keus van de zandbak neer. Als ze eenmaal in de zandbak zitten ontstaat er een strijd over de “voegmetsel” van Max, een speeltje om zandbakstenen mee te maken. Max legt geduldig aan het vriendje uit dat hij deze al had voordat hij z’n vriend was dus dat hij het alleenrecht heeft op het gebruik hiervan. Het vriendje pikt dit niet dus de eerste dreiging dat er nooit meer met elkaar gespeeld gaat worden is een feit.

Ik bied ze ondertussen een koekje aan en wat te drinken. Het vriendje trekt een vies gezicht en keurt zowel het koekje als het drinken af en kiest zelf wel even uit wat hem een beter alternatief lijkt. Max vindt zijn drinken ook opeens niet meer lekker, vindt het koekje ook smerig en wil ook liever wat anders. De jongens zijn weer naar binnen gelopen, de halve inhoud van de zandbak ligt nu verdeeld door mijn keuken en woonkamer.

Dan willen de vrienden een DVD kijken die Max al maanden niet heeft gekeken en waarvan ik ook niet weet waar deze eigenlijk ligt. Als ik hem uiteindelijk na een grondige speurtocht - onder het stof - heb gevonden, geven de vrienden aan weer buiten te willen spelen en blijkt mijn intensieve zoektocht voor niets te zijn geweest. Eenmaal buiten begint het al iets donker te worden en wijs ik Max er op dat hij slechts zijn sokken draagt en geen schoenen. Dit lokt een race door de tuin uit, ongeschoeid. Ik doe de buitenlampen aan en de jongens gaan naar binnen omdat ze graag met de duploblokken willen spelen. Als ze de duplo willen pakken komen ze onderweg een brandblusser tegen. Er schijnt - zogenaamd - brand bij mij in de keuken te zijn en er moet geblust worden. Na een paar minuutjes is “het vuur” gelukkig gedoofd.

Ze gaan op de bank zitten met ieder een bakje goedgekeurde smarties. De DVD willen ze nog steeds niet kijken, nee, liever gewoon een filmpje van Brandweerman Sam. Net als ik de televisie weer aan wil zetten, gaat de bel. Ik doe de deur open en laat de moeder van het vriendje binnen. Ze vraagt mij of het goed is gegaan. Zeker, ik voel me alleen een beetje uitgeblust …