donderdag 29 december 2011

Uitgesproken Max

We zitten in een restaurant als er een mevrouw binnenkomt die het daar, net als de overige bezoekers, erg warm vindt. Even verderop van onze tafel zit een deur welke open kan. Ze vraagt aan de mensen die naast deze deur zitten of ze er last van hebben als deze opengaat. Nee, deze mensen hebben geen bezwaar. Max staat echter direct op en loopt kordaat naar de mevrouw toe en vertelt haar dat híj er wel degelijk last van heeft! “Och, jij klein vervelend mannetje!” zegt de mevrouw lachend tegen Max waarna hij, ook lachend, tegen de mevrouw zegt: “ja, ik ben een echte clown hè?”

Na de vakantie gaan we voor het eerst weer naar de logopedie. De logopediste vraagt aan Max hoe de vakantie is geweest. “Nou”, zegt hij “dat ga ik je allemaal niet vertellen hoor, want we zijn wel 10 dagen weg geweest dus dat duurt ‘veels’ te lang!”

Er varen een drietal luchtballonnen over. Max kijkt hier vol verwondering naar. Dan opeens hangen ze stil voor een paar tellen. “Wat doen ze nou?” vraagt Max “Oh, ik weet het al, ze roken vast even een sigaretje!”

Er is een meisje uit zijn klas naar Engeland op vakantie geweest. Max geeft direct aan daar nóóit naar toe te willen, want daar zullen wel allemaal “enge” dingen zijn.

Ik draag ’s avonds een bril bij het televisie kijken. Max ziet mij eigenlijk nooit met een bril op, maar deze avond mag hij wat langer opblijven en kijken we samen een programma. Max complimenteert mij met m’n mooie bril maar vraagt meteen waarom ik een bril draag. Ik leg hem uit dat ik daardoor veel dingen wat scherper zie. Hij snapt het gelijk, want zo kan ik ook veilig door een scherpe bocht komen.

Onze hond Sammy is ernstig ziek en moet met spoed geopereerd worden. Riskante situatie, en er is een  kans dat ze de operatie niet haalt. Voorzichtig probeer ik Max duidelijk te maken dat de kans aanwezig is dat Sammy naar “de regenboogbrug” gaat en een sterretje wordt. Dat vindt hij wel jammer, maar zegt daarna direct: “Ok, dan wil ik wel een vis”.

We rijden met de auto weg bij een winkel, zo goed als bij ons om de hoek. Vanwege het kleine stukje mag Max even “los” in de auto. Max heeft nogal een hekel aan illegale toestanden en vraagt of het wel verantwoord is dat hij "zonder de gordel vast" in het stoeltje zit. Ik verzeker hem dat het geen probleem is. Ik draai echter nogal ruw de bocht om en omdat het stoeltje los staat in de auto en door het gewicht van Max wordt hij omgekiept en zie ik in mijn achteruitkijkspiegel alleen een paar voeten in de lucht zwaaien. “Zie je nou wel!” zegt Max boos, “dát KRIJG je er nou van!”

We lopen in de supermarkt als Max opeens enthousiast een pot Nesquick uit het schap trekt. “Kijk mam! Melskwink!”. Ik begrijp wat hij bedoelt, mede door de bekende gele pot welke hij mij laat zien, maar ik ben verbaasd dat hij weet wat het is, omdat wij dit nog nooit in huis hebben gehad. Dus ik vraag hem hoe hij weet dat dit “Nesquick” heet. “Nou, uit de Cars film natuurlijk!”, vertelt hij mij alsof dit de gewoonste zaak van de wereld is. Ik bedenk mij nog nooit een pak Nesquick in deze film gezien te hebben maar het schiet mij tevens te binnen dat Max altijd de versie kijkt welke wij laatst hebben opgenomen van de televisie. En deze  wordt regelmatig onderbroken voor reclame. Met daarin onder meer … precies: Nesquick!

Er wordt aan Max gevraagd of de kerstboom thuis al staat. “Ja!” antwoordt hij direct, “Op zolder!”

dinsdag 27 december 2011

Een prikje


Deze blog was op 7 december 2011 
"Blog van de Dag"  
op de site www.hippemamaclub.nl! 

De opmerking van Max komt zo uit de lucht vallen. Ik ben met hem onderweg naar de wekelijkse logopedie afspraak als hij mij plots meedeelt dat hij een enorme bult op zijn hoofd heeft en dat deze jeukt. Wat kan een mens, in dit geval een bezorgde moeder, in minder dan een paar seconden de meest vreselijke gedachten hebben.

Al mijn alarmbellen rinkelen en ik kan niet wachten om ‘de bult’ ook daadwerkelijk te voelen en te zien. Het liefst zet ik de auto aan de kant om dit ter plekke te doen. Ik besluit vijf minuutjes te wachten, want dat zijn we er. Ik voel, en inderdaad, vlak boven zijn oor zit een enorme bult. De afspraak duurt maar een half uur, maar deze keer duurt het naar mijn idee úren. Ik kan niet wachten om naar huis te gaan en de huisarts te bellen. Als we weer thuis zijn, is dat dan ook het eerste wat ik doe. De arts deelt mijn ongerustheid en gelukkig kunnen wij direct terecht. Instinctief begrijpt Max dat er iets vervelends aan de hand moet zijn, want zonder enige tegenstribbeling gaat hij mee en laat zich zonder verzet onderzoeken.

De huisarts benadrukt vooral niet ongerust te zijn want volgens hem gaat het “slechts” om een ontsteking als gevolg van Max zijn eczeem, wat hem al vanaf zijn geboorte parten speelt. Om toch aan mijn moederlijke ongerustheid gehoor te geven en voor definitieve uitsluiting van erger, besluit de dokter Max door te verwijzen naar het ziekenhuis om bloed te laten prikken. Hij geeft direct aan dat dit bij kinderen op dezelfde wijze gebeurt als bij volwassenen en ik zie in gedachten al een roerig schouwspel op het laboratorium.

Kinderen blijven je altijd verbazen, zo blijkt wel als wij in het ziekenhuis arriveren. Max vindt het hier gewoon leuk en zelfs interessant! Van enige angst of vluchtgedrag is geen sprake. Vol verwachting nemen wij plaats in de wachtkamer en na enige uitleg van de zuster ben ik ook gerustgesteld. Als Max aan de beurt is slaat de stemming iets om, maar het mag geen naam hebben. Hij krijgt toverzalf op zijn arm waardoor het prikje minder gevoelig zal zijn. En de betovering blijkt te werken, alleen zijn ogen verraden zijn opkomende ongerustheid over de situatie. Er zijn twee zusters bij: één om het bloed te prikken en één om zijn arm vast te houden. Ik moet zijn andere hand vasthouden zodat hij niet in de naald kan grijpen. Ik heb Max een cadeautje in het vooruitzicht gesteld, en dit wint het van de omstandigheid. Na een volkomen terechte “Auw!”- kreet is de volgende vraag of we dan nu naar de speelgoedwinkel gaan. Na al deze dapperheid gaan we dat ook direct doen.

Toevallig verdwijnen na een dag de bulten (ook boven zijn andere oor ontdekte ik er één) en daarmee ben ik al zo goed als gerustgesteld. Als ik na drie dagen mag bellen voor de uitslag ben ik helemaal gekalmeerd: alles blijkt gelukkig in orde te zijn!

Verjaardag


 - Deze blog was op 9 november 2011 
"Blog van de dag" 
op de site www.hippemamaclub.nl! -

Het is bijna niet te bevatten, maar mijn zoon is al 5 geworden! Ze zeggen wel eens dat de tijd vliegt, maar deze 5 jaar zijn zó snel voorbijgegaan … niet normaal. Alsof we gister nog z’n eerste verjaardag vierden.

Door een ongelukkige samenloop van omstandigheden, mijn zoon is op een zondag in de herfstvakantie jarig, vieren we op school zijn verjaardag al op de woensdag voor deze vakantie. De daadwerkelijke datum is dan nog “4 nachtjes slapen” wachten.

Vanwege deze vroegtijdige klapper, leven en beleven wij de daarop volgende dagen in ongekend enthousiasme. Max vraagt elke ochtend of het nu dan toch eindelijk zondag is, of de taart al is besteld, of hij al cadeaus mag uitpakken, wie er allemaal komen en elke dag moet ik hem teleurstellen. Totdat het uiteindelijk (hemel zij dank …) zondag wordt! De avond ervoor ga ik zelf maar op tijd naar bed want ik verwacht een avontuurlijke nacht. In dit soort gevallen wil Max zich nogal eens vergissen en denkt dan dat het om 3 uur ’s nachts al ochtend is.

Ik word de volgende ochtend wakker en kijk verbaasd op de wekker. Half negen! En nog geen klein druk mannetje te bekennen! Ik loop naar z’n kamertje en tref daar één en al wachtende en jarige vrolijkheid aan. Nu mag ik hem eindelijk verzekeren dat het zondag is en vertwijfeld vraagt hij mij of hij nu dan echt jarig is? Ik kan niet anders dan bevestigend antwoorden en we gaan snel naar beneden, op naar de cadeaus!

Nu heeft Max het voordeel aan het eind van het jaar geboren te zijn en dat “de oude man met de grote witte baard” al in deze maand zijn gezicht af en toe laat zien in de meest kleurrijke en prachtige folders met cadeau-ideeën. Dus inspiratie voor cadeaus is voldoende aanwezig. Het probleem blijft alsnog: wat te kopen? Want hij heeft wel de ideeën, maar de uitvoering daarvan  door ons is niet altijd geheel in overeenstemming. Hij wil een piratenoutfit, een trampoline, een gitaar met een microfoon, een basketbalpaal, een laptop, een disco-lichtbal en ga zo maar door. Nu wordt hij als enig kind zijnde al redelijk in de watten gelegd op dat gebied en heeft veel van wat zijn hartje begeert (lees: het huis puilt uit). Dus de keus wordt al hoe moeilijker. 

Eenmaal begonnen aan het uitpakken van de cadeaus (deels toch van zijn zeer riante keuzelijstje afkomstig) verneem ik zijn dankbare reactie welke mij direct ontroerd. Enthousiast en haast uitzinnig deelt hij ons mee precies datgene te hebben gekregen wat hij wilde hebben! Hoezo: niet in overeenstemming? En trots ontvang ik even later de visite die op exact dezelfde reactie worden getrakteerd.

Kerstgedachte

 
 - Deze column is gepubliceerd in het VBSH

(Vereniging de Berner Sennen Hond) 
 
clubblad van december 2011 -

Het is een lekker zonnige middag als ik met de honden loop te wandelen. In de verte stopt een auto. Ik zie dat de honden nieuwsgierig deze auto bestuderen. Dan geeft Bear onverwacht een ruk aan de riem waardoor deze losraakt van zijn halsband. Omdat ik ook naar de auto sta te kijken, let ik niet goed op. Direct zet Bear het op een stuiven richting die stilstaande auto. Daar stapt op dat moment een gezin uit en zodoende staan alle deuren van de auto wagenwijd open. Bear, onze allemansvriend, ziet dit als een plezierige toestand waar hij graag bij wil horen. Dus springt hij, zijn gigantische en imposante hoedanigheid negerend, spontaan, floep, bij deze mensen op de achterbank van de auto. Ik kom er luid excuses uitend en de hond onbeheerst bij mij roepend aanrennen met het ontbrekende deel van de riem in mijn hand. Ik lijn de hond weer aan (“doet hij anders nóóit hoor!”) en maak dat ik wegkom. Deze mensen volkomen verbouwereerd achterlatend.

Ja, met drie honden in huis maak je wel eens wat mee. Je belandt van het ene op het andere moment in de meest interessante situaties.

Laat op een avond gaat mijn man nog even wandelen met Joy, onze eerste Berner Sennen. Ik besluit vast te gaan douchen. Ik sta er net  onder, als mijn man verwilderd de badkamer binnen komt sprinten. “Je moet nú naar beneden komen want er heeft net iemand de zijspiegel van je auto getrapt en ik ben er achteraan gegaan!” Geen nood, rustig blijven, denk ik nog, hij heeft een potige waakhond bij zich die de spiegeltrapper naar alle waarschijnlijkheid razendsnel in de broekspijpen heeft gebeten, vastbesloten niet meer los te laten. Blijkbaar ken ik mijn hond nog niet zo goed, want Joy is bij de eerste stemverheffing van mijn man linea recta naar huis gerend om daar tegen de voordeur gedrukt, trillend als een rietje, op de terugkomst van mijn man te wachten.  

En dan die eerste kerstdag, een aantal jaar geleden. Op bezoek bij mijn ouders, alle hondjes gezellig mee. U moet weten dat Joy op dat moment loops was, Bear hier zeer enthousiast op reageerde en al zijn verleidingstechnieken op haar aan het uitproberen was. De situatie samenvattend: teef loops, reu op vrijerspad en ietwat rusteloos. Wij met z’n allen op weg richting ouderlijk huis. Nog onwetend van de bijzonderheid dat we een kwartier later dezelfde weg zouden afleggen, maar dan in tegengestelde richting. We komen daar binnen, elkaar een vrolijk kerstfeest wensend. De honden achter ons aan, Bear als laatste. Hij ziet de zorgvuldig opgetuigde kerstboom en herkent hierin een uiterst geschikt object om zijn blaas tegen te legen. Poot omhoog en afbakenen dat territorium … Iedereen geheel in shock. Daar ging de kerstgedachte. Vrede op aard. Om die kerstgedachte geheel de kop in te drukken werd door Bear ook nog eens de kerstboom finaal omver gelopen! De kerstballen, de lampjes en de slingers, weinig in oorspronkelijke staat, lagen en hingen overal. Behalve in de boom. Ongemakkelijk en stilzwijgend worden de honden weer aangelijnd en gaan we na amper 5 minuten kerstvreugde weer op weg. Naar huis.

donderdag 15 december 2011

Kerstpret



Op tafel ligt nog een zakje pepernoten en ik kan me niet bedwingen dus ik pak er een paar uit. Vandaag is het zes december en heb ik de Goedheiligman weer op de boot gezet, terug naar Spanje. Door een storing op mijn favoriete radiozender ben ik genoodzaakt een ander kanaal te kiezen en ik kom uit op SkyRadio. Vanaf zes december, 0:01: “The Christmas Station”.

Ik verslik me zowat in de laatste pepernoot als de eerste klanken van “Last Christmas” zich door de boxen wurmen. Hierna vlot gevolgd door de klassiekers van Chris Rea, Mariah Carey en noem ze allemaal maar op. Onvoorstelbaar, zelfs de jingles tussen de liedjes door worden opgeleukt door klinkende kerstbelletjes. Als ik niet beter wist, zou ik denken dat het vanavond  kerstavond moet zijn. 

Deze ontwikkelingen volgen elkaar wel erg snel op. Ik heb letterlijk nog het sinterklaaspapier, pakjes en een pietenmuts op tafel liggen als de commercie zes december markeert als startsignaal voor de kerst(voor)pret. Maar goed, vanaf vierentwintig oktober keken we ook al dagelijks op tv naar de beslommeringen van Sinterklaas in De Club van Sinterklaas. Dus wat dat betreft heeft de Kerstman nog wat in te halen. Natuurlijk, als je de sfeervolle liedjes weer hoort na een jaartje afwezigheid vind ik ze ook helemaal gezellig. Alleen, als het dan daadwerkelijk Kerst is komen ze je de strot uit.

Op school is vandaag de stoomboot halsoverkop ingeruild voor een kerstboom en ik kan direct op een lijst intekenen wat ik voor het jaarlijkse kerstbuffet wil meenemen. Het moet niet gekker worden. Door deze plotse kerstdrukte lijkt Sinterklaas als met de noorderzon vertrokken. Geen naweeën, geen officieel afscheid, nee, gewoon hup, bruusk aan de kant gezet om plaats te maken voor het naderende kerstspektakel.

Dit wordt overigens in realiteit iets anders gevierd dan afgeschilderd op televisie en omschreven in de bekende liedjes. Het liefst zou ik, persoonlijk, de kerstdagen doorbrengen in mijn pyjama, op de bank met een bord boerenkool op schoot, gordijnen dicht en wat leuks op TV. Maar moet ik de commercials en advertenties geloven, dan behoor ik flink uit te pakken. Cadeaus in overvloed, maaltijden bereid als in een sterrenrestaurant, de meest ingewikkelde hapjes en duur gedekte tafels. Veel mensen over de vloer en van het ene feest zo door naar het andere. Over de kostumering nog maar te zwijgen: de heren in smoking, de dames in het lang en opgemaakt als een glamourmodel. 

Waar ik mij dan weer wél in kan vinden is zo’n gezellig samenzijn zoals wordt uitgebeeld in de clip van Last Christmas van Wham. En dan ook met George Michael (nog in de kast) in de hoofdrol, alstublieft. Beetje ongedwongen sneeuwballen gooien, lekker haardvuurtje erbij en gezellige vrienden aan een normaal gedekte tafel. Want daarvan kunnen we toch met z’n allen wel een voorstelling maken. Maar dan bij voorkeur wel vanaf het weekend voor kerst …

© Laura van Straaten - Oversteegen

dinsdag 22 november 2011

Het Familiediner


Afgelopen keer toevallig naar “Het Familiediner” gekeken? Ohoh, wat ging het weer ’s ouderwets tekeer! Zal eerlijk zeggen dat ik het probleem of ruzie waar het om ging niet eens zozeer heb gevolgd, ik zat met de laptop op schoot stukjes te schrijven, maar mijn aandacht werd plots opgeëist toen een Ma Flodder-achtig typetje de immer lieve, begripvolle, vriendelijke en soms tergend beheerste Bert van Leeuwen begon uit te kafferen.

“En nu WÉGWEZEN!” adviseert c.q. beveelt “Ma” op dreigende toon met dito gebaar zowel Bert als de cameraploeg. Opzouten en nooit weer terug komen. Er is geen zinnig woord meer met deze mevrouw te wisselen en het enige waar ze agressief op aandringt is dat de mensen haar huiskamer per direct moeten verlaten en dat ze met rust gelaten wil worden.

Ik krijg nog vaag mee dat mevrouw een liefhebber is van mopshonden. Plots begrijp ik de vergelijking die wel eens wordt gemaakt dat sommige baasjes van honden na verloop van tijd op hun honden gaan lijken, of andersom. Ze slaat een bevelende en commanderende toon aan tegen Bert waardoor hij haar andersom op de hoogte stelt van het feit dat hij absoluut geen (mops)hond is en dat hij niet is gediend van een dergelijke benadering.

De mevrouw gaat verbaal gezien werkelijk te keer als een beest en haar lichamelijke verhoudingen in ogenschouw nemend kan Bert van geluk spreken dat het bij verbaal blijft. Bij het commentaar dat hij geeft bij dit interview, geeft hij zelf al aan dat hij op de een of andere manier aanvoelt dat de situatie uit de hand dreigt te lopen en dat zijn perfect gecontroleerde zelfbeheersing danig op de proef wordt gesteld.

Zo was Bert laatst het doelwit van Wendy van Dijk in het programma Ushi & Van Dijk. In de gedaante van Bo Leenders maakte Wendy de vloer glad met Bert door in geënsceneerde familieruzie hem volledig tot wanhoop te drijven. Bert zat met zijn handen in het haar en we zagen voor het eerst een kant van hem welke niet regelrecht correspondeert met de EO-gedachte. Zo werd het taalgebruik van Bert, buiten het zicht van de camera, enigszins grof. Ook kleurde het immer fris gebruinde gezicht van Bert, naar mate de uitzending vorderde, naar vlekkerig donkerrood. De opwinding en het ongeloof kregen de overhand.

Uiteindelijk worden in de Flodder-aflevering de opnames met Ma Flodder als briljant doch dubieus middelpunt stopgezet en zien we (helaas) niet de verdere afloop van de aftocht van Bert met zijn cameraploeg. Wel herken ik de vlekkerige huidskleur van Bert! De vrouw maakt geen oogcontact meer, negeert en wijst alleen onvermurwbaar met haar vinger richting uitgang. De boodschap is duidelijk: er zal op geen enkele wijze een gezellig etentje plaatsvinden.

Het zal u dan ook niet verbazen dat de witte, gepoetste limousine van Bert tevergeefs bij Ma Flodder is langs gereden en dat zij niet is ingestapt. Helaas voor Bert is de poging tot verzoening op niets uitgelopen. Zeg maar gerust: een fiasco met in dit geval zeker nog een staartje!

© Laura van Straaten - Oversteegen

Publicatie in boek "Wintertijd #1"

Zoals eerder bericht, ben ik één van de winnaars geworden van een door Jaylen Books georganiseerde verhalenwedstrijd met als thema "sneeuw". Mijn verhaal "Heuglijke skivakantie" is gepubliceerd in het boek "Wintertijd #1" van deze uitgeverij. 

Het boek heeft het ISBN nummer: 978-94912-47-33-0 en is te bestellen via de site van Jaylen Books (www.jaylen-books.nl/winkel) en kost € 12,50. Een deel van de opbrengst van deze verhalenbundel zal worden gedoneerd aan Stichting Opkikker.
Dus: nieuwsgierig geworden naar mijn winnende inzending: ga naar de site en bestel het boek!

maandag 14 november 2011

Altijd wat

Als ik wat heb, lichamelijk gezien, dan heb ik ook altijd direct iets bijzonders. Snij ik met de kaasschaaf in mijn vinger, beland ik direct op de eerste hulp. Val ik met skiën (zie hiervoor mijn verhaal in het boek “Zomertijd 1”), dan lig ik in no-time op een brancard in het ziekenhuis.

Zo herinner ik mij nog een gure herfstdag, een aantal jaren geleden. Het waait enorm buiten en de aankomende, zowat zwarte wolken beloven geen zonneschijn. Ik bedenk mij dat ik nog wat van buiten op moet halen en doe dat maar direct want over enkele minuten zal het helemaal niet prettig vertoeven zijn daar buiten. Dus ik haast mij, ik buk ergens midden in de tuin om wat van de grond te rapen, en daarna … weet ik het even niet meer. Ik hoor gekraak om mij heen en plots voel ik een heftige pijn in mijn nek. Net alsof ik een soort duw of stoot krijg met een of ander voorwerp. Het duurt enkele seconden voordat ik mij besef wat er aan de hand is. Juist die éne boom, beslist op dat éne moment dat het uitgerekend nú de tijd is om de strijd met het natuurgeweld op te geven en knakt als een luciferhoutje om. Bovenop mij dus. Exact op dát moment! Had ik een paar centimeter verderop gestaan, dan was er niks aan de hand geweest. In dit geval: shocking klem onder de boom.

Mijn man zit op dat moment, niets vermoedend, gezellig binnen voor de warme haard, in afwachting van mijn terugkomst. Ik kan niet anders dan stompzinnig “Hellup!” roepen, wat mij zelf lachwekkend  in de oren klinkt, gezien mijn positie. Heb geen idee hoe ik er bij lig, zo onder die boom, maar ik denk dat ik zelf niet meer bij zou komen als ik het zou zien. Na enige tijd vindt mijn man het wat lang duren voor ik weer binnenkom en besluit een kijkje te gaan nemen. Hij ziet mij liggen, in een benarde positie, een paar hondjes houden onnozel de wacht. Hij rent op zijn sokken door het natte gras op mij af en verlost mij, zij het met moeite, van de boom. “Jij hebt ook altijd wát!”, deelt hij mij niet kwaad, maar meer geschrokken en overigens geheel overbodig mee.

Ook kan ik uit ervaring meepraten over de uitspraak: “als je van de trap valt, ben je snel beneden”. Ik heb een volle wasmand onder mijn arm als ik van de trap af naar beneden loop. De kleine ligt net in bed voor zijn middagslaapje en de telefoon gaat. Omdat ik hem niet wakker wil laten worden van het rinkelende geluid, loop ik iets sneller dan normaal. Ik heb mijn Uggs aan, die toch wel bekend staan om hun ongemakkelijke en blijkbaar riskant gladde zool. Op de derde tree gaat het mis. Ik zoef onderuit, de wasmand onderwijl van mij af gooiend. De wasmand ligt in stukken onderaan de trap, het wasgoed als een chaotische draperie er om heen. Ikzelf stuiter op mijn heup via de hoek van tree vijf gemakkelijk door naar tree zeven en acht om daarna keihard op dezelfde heup, in een ongemakkelijke positie, op tree elf te belanden.

Mijn heup was zó dik en zó blauw … bizar gewoon … ik heb ook áltijd wat!

Mijn man … Deel II


Ik weet het, mijn trouwe lezers kijken hier al tijden naar uit. En daar is-tie dan: Mijn Man … Deel II!

Zoals jullie al in “Mijn man … Deel I” hebben begrepen, heeft hij een serieus probleem met het ontwaken en dan in het bijzonder met de daarop volgende activiteit: het uit bed gaan. De wekker (formaat gigantisch, meerdere aantallen) en zijn telefoon (volume voluit) worden dagelijks op tactische tijden gezet, maar op het moment dat deze afgaan heeft mijn man in de regel last van een tweezijdig verminderd gehoor, verblijft volledig in de toestand REM-slaap (wat in dit geval staat voor: Rust En Maffen). Iedereen in ons huis, en waarschijnlijk ook een ieder binnen een straal van 500 meter rondom ons huis, zit direct rechtop in zijn of haar bed/mand bij dit klankspektakel, … behalve mijn man.

Op een avond, als ik hem welterusten wens en alvast naar boven ga, waarschuwt hij mij nadrukkelijk dat hij er de volgende ochtend om 07:00 uit MOET. Met enorme nadruk op móet want er zijn belangen mee gemoeid. Hij moet ergens nog een gipsplaat monteren voordat hij naar zijn afspraak van 09:00 gaat. Dus op tijd het bed uit, anders loopt de planning in de soep.

Ik maak een wapperend gaap-gebaar voor mijn mond, want hoe vaak heb ik deze alarmerende praat al niet moeten aanhoren. Maar nee, het lijkt in dit geval zó belangrijk dat ik bijna het idee krijg dat er levens op het spel staan. Ik beloof hem mijn best te doen en zal proberen er aan te denken dat hij op tijd zijn bed uit komt. Hem met loze kreten inpeperend (“ik ben je moeder niet!”), bedenk ik mij dat ik het morgenochtend, opnieuw, serieus zal gaan proberen. Mijn man verzekert mij dat het deze keer gaat lukken en dat ik alleen maar het woord “gipsplaat” hoef uit te spreken want dan weet hij genoeg. 

De volgende ochtend ga ik om 06:45 naast zijn bed staan en begin vol enthousiasme en verwachting een liedje te zingen. Haalt u de melodie van het Pizza-lied van André van Duin voor de geest en vervang simpel het woord pizza door gipsplaat. Dus ik sta daar uit volle borst te zingen: “Gipsplaat, gipsplaat, wooooooh … gipsplaat!”. … Geen reactie, hooguit bedrukt het woordje: “ja?”. Daarna geef ik de moed alweer langzaam op. Om 07:00 barst het geluidsgeweld los, de wekker(s) gaan, de telefoon rinkelt voluit. … Geen reactie. Om 07:15 probeer ik het nogmaals door hem vragend het woordje gipsplaat voor te leggen. Geen reactie.

Ondertussen is het 07:45 en moet ik ook aan mijzelf beginnen te denken, anders kom ik zelf te laat. Ik broed tijdens het aankleden een plan uit voor het ontwikkelen van een nieuw soort wekker. Zo een waar ik al eens over gelezen heb. De wekker gaat in dit geval af maar kan alleen uitgezet worden door op een speciaal matje te gaan staan. En dit matje, die leg je uiteraard vér weg, ergens in de buurt van de badkamer! Lachen!

En nu bent u natuurlijk benieuwd hoe dit avontuur is afgelopen. Nou, ik geef een hint! Laten we er een Sinterklaasrijmpje van maken. Wat rijmt er namelijk op gipsplaat? Juist, hij kwam te ….. ? LAAT!

vrijdag 11 november 2011

Sorry, uit de collectie


Ben even benieuwd of ik de enige ben. Stel: je koopt een meer dan prima product. Maakt niet uit wat, van schoonmaakmiddel tot lippenstift, van toiletpapier tot hondenvoer. Je gebruikt dit product járen, naar volle tevredenheid. En dan gebeurt het. Plotseling en onverwacht. De fabrikant of leverancier besluit dit artikel uit de collectie te nemen.

Dit frustreert mij mateloos. En het overkomt me elke keer weer. Dan weer bij een crème waarvan ik bijna afhankelijk ben geworden en het ben gaan beschouwen als primaire levensbehoefte, dan weer bij een kleur lippenstift welke gewoon kenmerkend is voor mijn imago.

Ik gebruikte jarenlang een schoonmaakmiddel van een gerenommeerd merk. Uitstekend product, geen enkele klacht over en alles blonk en glom bij mij in huis. Tot het moment dat ik een nieuwe fles kocht en op het etiket de toevoeging: “vernieuwd” aantrof, met daarachter een uitroepteken om mij blijkbaar enthousiast te maken. Niet dus. Argwanend probeer ik bij de volgende schoonmaakbeurt het vernieuwde product. Kan ik kort over zijn: Waardeloos. Knudde. Dus ik klim in de pen, schrijf de fabrikant aan en eis uitleg over deze vernieuwing. Al snel krijg ik een reactie terug. Ze betreuren het te horen over mijn ontevredenheid, en na enig blabla blijkt domweg dat het markttechnisch gezien toch echt beter is om zo nu en dan te vernieuwen, mijn ongenoegen hiermee onder het tapijt vegend. Enige dagen later word ik verblijd door een pakje dat bij mij bezorgd wordt, afkomstig van deze fabrikant, gevuld met allerlei leuke producten.

Toen ontdekte ik dat mijn favoriete kleur lippenstift uit de collectie zou gaan. Paniek alom uiteraard, volledig met m’n rug tegen de muur. Via allerlei omwegen heb ik een drogisterij in de buurt van Lutjebroek (of all places) gevonden, die nog enkele exemplaren in zijn magazijn had liggen. Opsturen die handel! Elk exemplaar is er één, en de komende jaren kan ik weer vooruit en heb ik ruim de tijd om te wennen aan het idee dat ik gewis op zoek moet naar een andere, vervangende kleur.

Maar toen ze mijn favoriete zoete hapje wat ingrediënten betreft gingen veranderen, ja, daar ben ik wel even goed ziek van geweest. Dus: ik klim weer in de pen en vraag om verantwoording. Een overtuigende en glasheldere reactie krijg ik niet, wel een goed gevuld pakket met daarin zo goed als alle verkrijgbare producten van dit merk. Dit helpt toch wel het leed te verzachten bij het verwerkingsproces, kan ik zeggen.

Dus door diverse ervaringen wijzer geworden, koop ik momenteel elk product dat enigszins bevalt in 10-voud. Ik heb een voorraad in huis van heb ik jou daar, maar ik laat me niet meer gek maken! Zo heb ik 36 potten gel, 17 lippenstiften (1 tint), 20 flessen wasverzachter (1 geursensatie) en een speciaal daarvoor afgetimmerde voorraadkast met daarin 53 verpakkingen van dezelfde soort koekjes. Laat die fabrikant nu maar komen met z’n veranderingen!