woensdag 28 september 2011

Bear

- Deze column is gepubliceerd in het VBSH (Vereniging de Berner Sennen Hond) clubblad van oktober 2011 -

Ik herken er aanvankelijk niet eens mijn eigen hond in. Aan de deur staat een dame met een stuk touw in haar hand met daaraan een hond gebonden. Mijn hond. Bear. B.E.A.R. Buitgewoon Extreem Abnormaal Reusachtig. Mijn man is eerder op deze middag vertrokken en heeft vergeten de poort in het slot te laten vallen. Het waait hard en de poort gaat hierdoor open en dicht. In het geval van “open” zag Bear zijn kans schoon en heeft de benen genomen. Hij is op zijn gemak gaan wandelen. Deze mevrouw kwam hem bij toeval tegen en vertrouwde het niet, een geheel op z’n gemak loslopende, onbegeleide, reusachtige hond. En bij navraag bij onze buren even verderop, bleek hij zich inderdaad op een niet toegestane plek te bevinden en bij ons thuis te horen. Ze hebben van een stuk touw even een alternatieve riem in elkaar geknutseld en aangetouwd weer terug naar zijn huis gebracht. Vreemde ervaring hoor, als je er van uit gaat dat je hond gewoon in de tuin loopt en iemand staat plots met hem voor de deur. 

Wat een schatje toen wij hem ophaalden met acht weken. En wat een reusachtige hond in amper tien maanden tijd. Een reu van goed vijfenzeventig kilo. Wij zijn er eens mee teruggegaan naar de fokker om te checken of dit soort afmetingen normaal waren. Hij reageerde, met ogen zo groot als schoteltjes, dat dit exemplaar onmogelijk van zijn kennel afkomstig kon zijn. Wat we hem te eten gaven, want dit was toch wel van het type: abnormaal reusachtig. Bear was overigens wel geheel in verhouding, álles was groot en enorm. Misschien enigszins “hoog op de poten”, maar niet storend. Groot, fors hoofd en vooral breed. Werkelijk een prachtig beest om te zien. Erg gecompliceerd in de omgang, dat wel. Mensen die de hond niet kenden zoals wij, waren of bang voor hem, of vonden het een ietwat irritant beest. Wat hij helaas ook af en toe was. Ook binnenshuis. Continue de aandacht opeisen van een ieder. Toen onze zoon werd geboren, had ik al enige angst voor welk gedrag Bear zou gaan vertonen. Het ging op zich, boven verwachting, uitstekend, maar wel continue er bij blijven. Toen onze zoon begon te kruipen richting Bear, begon hij te grommen. Angstaanjagende visioenen heb ik daarover gehad. 

En toen op een zondagochtend, ik loop nog in pyjama, kijk ik naar Bear en wat ik zie doet mij schrikken. Bear kijkt mij aan maar met een heel vreemde blik in de ogen, net alsof zijn ogen wegdraaien. Ik bel direct de dierenarts en deze vermoedt een hersenbloeding. Direct komen dus. Achteraf blijkt het een infectie te zijn en heeft hij hoge koorts (wat de wegdraaiende ogen verklaart). De infectie verdwijnt echter niet, ook niet na diverse antibioticakuren. Een intens onderzoek volgt en daarna een operatie. Helaas wordt tijdens deze operatie in elk geval kanker aan de milt en de lever geconstateerd en dan weet je dat het voorbij is.

Over deze hond, die geeneens zes jaar mocht worden, kan ik letterlijk een boek schrijven. Een levendige herinnering aan hem hebben we zeker. En door dit stukje te schrijven, vier jaar na zijn overlijden, bewijs ik weer dat ik nog vaak aan hem denk.

© Laura van Straaten - Oversteegen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten